Wij zijn een leesclub van oud-medewerkers van Boekhandel Kooyker in Leiden, en bespreken sinds 2003 in wisselende samenstelling nieuwe en oudere boeken.

woensdag 23 januari 2008

Januari 2008: De ooggetuige


Het boek:
Een Duitse arts geneest in een ziekenhuis de 'blinde' oostenrijker A.H. Later ontwikkelt deze A.H. zich als een ontzagwekkend (en angstaanjagend) politicus, en de arts blijft nadenken over de gevolgen van zijn daad. Daardoorheen geweven is het verhaal van de jeugd van de arts, en zijn leven na die genezing.

De discussie:
Marianne heeft alleen de eerste zin gelezen. Die vond ze eigenlijk een beetje te lang, ze moest hem een paar keer lezen voordat ze snapte wat er stond. Maar naar aanleiding van de discussie over het boek heeft ze besloten het alsnog te gaan lezen.

Arno vond het boek geweldig en goed. Maar de taal was soms lastig, het is heel afstandelijk geschreven. Soms een beetje hakketakkerig en dan weet je niet meer in welke tijdsperiode dat stukje verhaal zich afspeelt. We vragen ons af of dat afstandelijke te maken heeft met de titel, met de rol van de dokter als Ooggetuige van de ontwikkelingen om hem heen.
Ook begon Arno zich na een tijdje af te vragen wanneer A.H. nu in het verhaal voor zou komen. Omdat dat zo nadrukkelijk op de flap staat, verwacht je dat het wel snel zal komen. Het duurde zo lang dat Arno zich begon af te vragen of er soms een verkeerd katern in het boek zat. Al met al vond hij het boek heel aangrijpend, vooral omdat het al in 1938 geschreven is.

Dineke vond het een vreselijk, Duits, schimmelig boek. Ze wil het het liefst zo snel mogelijk haar huis uit hebben. Het deed haar denken aan een ander boek dat in Budapest speelt en waarin een zoon in een hotel een liftboy moest zijn. (Weet iemand welk boek dat is?)

Marieke vond het prachtig. Zij heeft het in één ruk uitgelezen, en is helemaal niet over de taal gevallen. Wel vond ook zij dat het wel heel lang duurde voordat A.H. in het verhaal voorkwam.

Na dit rondje meningen spraken we nog lang door over allerlei thema’s uit het boek. Waarom besluit de hoofdpersoon uiteindelijk in Spanje te gaan vechten? Om aan te geven dat de hele wereld verrot is? Om zich te bemoeien met een andere verontrustende kwestie in de politiek? Als een soort zelfmoord?
En wat is de ONDERZIEL die een aantal keer in het boek voorkomt? Het duistere gedeelte van de ziel? Het negatieve van het onderbewuste? Heeft het iets te maken met het über-ich van Freud?
Ook de passage waarin de hoofdpersoon A.H. weer laat zien roept wat vragen op. Het is niet een heel duidelijke passage. De ‘genezing’ van de blindheid van AH gaat wel heel erg makkelijk! We komen er uiteindelijk op uit dat als A.H. weer kan gaan zien op basis van wilskracht alleen, dan kan hij alles bereiken, goed en kwaad. En dat bleek wel.
We vragen ons ook af hoe groot de dokter zijn eigen rol in dit alles maakt. Maakt hij die rol niet groter dan hij is? Zou A.H. niet verder zijn gekomen als hij blind was gebleven?

Als laatste vertelt Arno ons nog dat Weiss’ novelle Jarmila ook prachtig is. Het is helderder geschreven dan De Ooggetuige, maar heeft wel dat zelfde sombere, donkere vernislaagje.

De Ooggetuige is zeker een boek dat we anderen willen aanraden, hoewel het niet een boek is dat je gemakkelijk aan iedereen aanraadt.

1 opmerking:

Marianne zei

Inderdaad, ik had het boek niet gelezen, maar was wel aanwezig bij de bespreking ervan en naar aanleiding van de reacties op het boek heb ik het nu dan eindelijk gelezen. Ik vond het mooi, maar een tikkie taai. Dat komt waarschijnlijk doordat het al in 1938 is geschreven. Wat meteen wel het boek bijzonder maakt. Ik zat ook te wachten totdat AH ten tonele zou verschijnen en vond dat lang duren. De moeder van de dokter vond ik het meest irritante personage. Ik vond het al met al mooi en donker, maar ik had er meer van verwacht, afgaande op de omslag. Groet, Marianne